De Jumo rookgastemperatuurbewaker met flenshuls, type 60003390 heatTHERM AT, +20..280°C heeft de volgende kenmerken :

• vrij instelbaar
• met flenshuls
• werkt volgens het principe van vloeistofexpansie
• bij het bereiken van de ingestelde temperatuur wordt via het overbrengingsmechanisme een snap-action schakelaar bediend
• het intern instelbare schakelpunt is zichtbaar via een controlevenster
• stabiel schakelen puntpositie dankzij omgevingstemperatuurcompensatie
• Push-In®-aansluittechniek –50 % kortere montagetijd
• Goedkeuring als ATW met capillaire breukbeveiliging volgens DIN 14597

Technische gegevens:
• max. toegestane sensortemperatuur +600 °C
• tijdconstante t 0,632 ≤ 45 s in rookgas
• Beschermingsklasse: IP 54
• Regelbereik: +20…280°C
• Schakeldifferentie: ca. 18 K
• Sensor ø x lengte [mm]: 6 x 150

De Kanaalthermostaat JTU-1 +20…+100°C heeft de volgende kenmerken :

• Capillair systeem
• TÜV getest
Technische gegevens:
• Schakelvermogen: 15 (8) A, 24 –250 V ~, bij 24 V ~ min. 150 mA
• Contact: 1 microschakelaar als potentiaalvrij wisselcontact (wisselschakelaar)
• Omgevingstemperatuur: – 15 … + 80 °C
• Beschermingsgraad: IP 40
• Beschermingsklasse: I
• Sensor: Vloeistofsensor van Cu, over de gehele lengte actief
• Maximale sensortemperatuur: 200 °C
• Kleur: grijs
• JTU-2 typegekeurd door TÜV volgens DIN EN 14597, voor luchtverhitters volgens DIN 4794
Intrinsieke veiligheid / bescherming tegen kou:
• De apparaten zijn intrinsiek veilig, dwz als het sensormedium verloren gaat, b.v. door sensorbreuk wordt de brander uitgeschakeld
• Omdat temperaturen onder nul hetzelfde effect hebben door een vermindering van het volume van het sensormedium, worden de apparaten met behulp van de “koude schroef” zo ingesteld dat ze alleen de brander uitschakelen bij temperaturen onder -15 °C • Bij temperaturen hoger dan ca. – 5 °C kan het alleen handmatig weer worden ingeschakeld
met de handmatige resetknop
Oververhittingsbeveiliging:
• Het apparaat beschermt tegen ongecontroleerde oververhitting, b.v. B. door warmteontwikkeling of geleidelijk verlies van capillaire vulling bij niet-zichtbare schade aan de sensor of het capillaire buisje, etc.
• Bij het bereiken van een temperatuur van 220 °C smelt het veiligheidssoldeer in de sensor en schakelt het apparaat de brander door verlies van het vulmedium naar de veilige kant • De brander kan niet meer worden ingeschakeld • Het apparaat
is
dan onbruikbaar en dient als bewijs van de bestaande overtemperatuur van minimaal 220 °C
Toepassing:
• Minimum- of maximumthermostaat voor toevoerluchtbewaking en ventilatorregeling in ventilatie- en airconditioningsystemen
• Oververhittingsbeveiligingsthermostaat voor elektrische verwarmingsspiralen en direct gestookte luchtverhitters in olie- en gasbedrijf
• Let op: Installeer apparaten trillingsvrij om storingen en /of sensorbreuk